dinsdag 17 april 2012

Onverwacht een nieuwe soort

Gisterenochtend zou ik boodschappen gaan doen in Valkenswaard. Ik besloot mijn kijker mee te nemen en even door te rijden naar het Soerendonks Goor. Wie weet waren er wel al tapuiten (vorig jaar heb ik er daar een flink aantal gezien in het voorjaar), en ik hoopte op beflijsters, want die waren er de afgelopen dagen ook waargenomen.
Op de plas weinig te beleven: wat kuif- en tafeleenden, en een enkele slapende wintertaling tegen de rand. Op de oever zaten drie brandganzen, die toen ik te dichtbij kwam naar hun zin, op de wieken gingen. Enkele paartjes grauwe ganzen showden trots hun pas uitgekomen kroost. Prachtige geelbruine donsballetjes dobberden tussen hun ouders in, alsof ze nooit anders gedaan hadden.
Een rondje over het Kranenveld, leverde geen tapuiten of beflijsters op helaas. Wel jubelden de boomleeuweriken het hoogste lied, evenals hun 'neefjes' veldleeuwerik.
Dan toch maar boodschappen doen... Terwijl ik bedacht wat ik allemaal nodig had, zag ik op een slootje een echtpaar wilde eend, mét jongen. 13 Pas uit het ei gekropen kuikentjes!

's Middags scheen de zon nog steeds volop, en ik besloot nog een stukje te gaan fietsen. Naar het Diepmeerven, het gebied waar we de bijzondere soorten broedvogels inventariseren. Een heidegebied, met vennen.
Groepjes kneutjes dwarrelden over de heide; hier en daar zong een roodborsttapuit zijn krassende liedje. Ook een boompieper en een geelgors lieten zich horen. Vanuit de bosrand klonk de klaaglijke roep van een zwarte specht. Bij een van de vennen heb ik een poosje heerlijk in de zon zitten genieten van de rondscherende boerenzwaluwen. Boven het water waren blijkbaar al genoeg insecten te vangen.
Een blik over het Diepmeerven leverde één dodaars op; deze liet wel van zich horen, dus misschien zat in de begroeiing toch zijn wederhelft. Aan de oostkant van het ven zijn behoorlijk wat bomen gekapt; ik neem aan om de heide weer meer kans te geven zich uit te breiden. Dat is in elk geval wat op het nieuwe informatiebord te lezen is, dat naast het evenzo nieuwe knuppelbruggetje gezet is. Nou ja, de totaal versleten 'knuppels' zijn nu vervangen door stevige planken. Aanlokkelijke doorgang voor mountainbikers, maar het bospad is op verschillende plekken gebarricadeerd met flinke takken.
Toen ik net weer op de fiets zat om aan de terugweg te beginnen (op het fietspad vanaf punt D, voor de mede-VWG-ers), toen ik van rechts een vogel zag komen vliegen. Hij vloog zeer laag, rakelings over de toppen van de heide. Een roofvogel, dat was me duidelijk. Mijn eerste gedachte was een valk, maar hij was een stuk kleiner dan een torenvalk, en heel donkergrijs. De vogel vloog als een speer uit de boog over het fietspad, tussen de bomen door en over de heide aan de andere kant van het pad uit het zicht. Ik kreeg geen tijd om af te stappen en mijn kijker te pakken. Mijn volgende gedachte was, dat het wel eens smelleken kon zijn geweest. Ik had nooit eerder een smelleken gezien, maar het kon bijna niet anders. Het lezen van de beschrijving in mijn vogelgids (en het bekijken van het vliegbeeld), bevestigde mijn vermoeden: "..onstuimige en overrompelende vlucht, vaak laag over de grond...". Nieuwe soort dus!
Niet gek voor een maandagmiddag!

Geen opmerkingen: